top of page

De lonkende boomwortel...

  • Foto van schrijver: Tessa van Rossen
    Tessa van Rossen
  • 17 sep
  • 2 minuten om te lezen
ree

Stel je voor: het is een stille ochtend en je loopt door het bos. Het zonlicht valt in gouden stralen door de bladeren, vogels zingen, je voelt de aarde onder je voeten. En dan… ineens… struikel je.

Een scherpe pijn schiet door je voet. Je strompelt het bos door, vind je weg weer terug naar je auto. Je kruipt achter het stuur, en rijdt – tanden op elkaar – naar de eerste hulp.


De arts kijkt je aan met een frons. “Je middenvoetsbeen én je teen zijn gebroken.” Er volgt gips, verband, en een hele rits adviezen. Maar terwijl je daar zit, blijft één vraag knagen:

Waar ben ik over gestruikeld?


Die vraag laat je niet los.

Dus, koppig als je bent, rijd je later terug naar datzelfde bos. Met je loopgips schuifel je pijnlijk en onhandig urenlang over de kronkelende paden, zoekend naar dat ene punt. Tot je het eindelijk ziet: een losse boomwortel. Dáár lag de oorzaak. Opgelucht haal je adem. Je weet nu waarom je bent gestruikeld. Althans dat denk je!

Je kijkt naar beneden en ziet: je been nog steeds in het gips en de pijn giert door je lijf!


Je ontdekt: Het helpt niet zo veel om te weten waarover je gestruikeld bent. Het gips is er nog steeds en de pijn óók!


Ik vertelde dit verhaal laatst aan Gert Jan. Gert Jan vroeg aan mij: Waarom overkomt mij dit, waarom deed ze dit?

Want soms zijn wij mensen zó druk met het vinden van de oorzaak van onze pijn, dat we vergeten dat weten waarom niet altijd iets verandert aan hoe het voelt.


We hopen vaak dat begrip grip geeft.

Dat als we maar snappen waarom iemand ons heeft gekwetst, het verdriet minder scherp wordt.

Dat als we de reden kennen, we het kunnen voorkomen.

Maar de waarheid?

Begrijpen verlicht niet altijd de pijn.


Wanneer je hart gebroken is, helpt het misschien om te weten dat diegene handelde uit angst, onvermogen, of zijn eigen pijn. Maar jij moet nog steeds de klap verwerken. Het verdriet voelen.


Soms is begrijpen zelfs een afleiding. Een manier om mentaal bezig te blijven, zodat je niet hoeft te voelen wat er écht onder zit. Het geeft zelfs een soort gevoel van (schijn)controle.

Het is de snap-trap: het idee dat als je het snapt, je het oplost. Het snappen wordt dan een verdoving op zichzelf.

Maar snappen is niet het doel. Ervaren en verwerken wél.


Net als bij die boomwortel: het kennen van de oorzaak haalt het gips niet van je voet en geneest de breuk niet.

En net als bij een overval: misschien helpt het om te weten dat de dader handelde uit armoede, maar dat haalt de angst voor het donker of het mes niet weg.


De echte taak ligt ergens anders.

Niet buiten je, in de analyse.

Maar binnenin je:

In zelfzorg.

In compassie voor wat je voelt.

In het erkennen van je pijn, zonder te haasten naar het ‘waarom’.


Want helen begint niet bij het vinden van de wortel.

Het begint bij het verzorgen van de wond.

 
 
 

Opmerkingen


|

bottom of page